Een noodhulp-, veiligheids- of onthaalmedewerker kan iemand geleidelijk kalmeren door te focussen op diens grieven en de dialoog gaande te houden, zonder daarom in te gaan op zijn eisen.
...
Hoewel het laatste rapport van Child Focus niet beschouwd kan worden als misdaadstatistiek, maar eerder als een evaluatie van haar activiteiten, is de toename van haar interventies, in het bijzonder op het vlak van seksuele uitbuiting, een reden tot ...
Een inbraak veroorzaakt bijna altijd een emotionele schok. Het kan zelfs een psychologisch trauma teweegbrengen als de slachtoffers de inbrekers hebben gezien of als er geweld werd gebruikt. Waarom is een inbraak meemaken emotioneel zo zwaar?
...
Veel automobilisten gebruiken een fietsendrager voor een korte trip of op een lange reis. Dit toebehoor moet zorgvuldig worden gekozen: het moet zowel aan de wettelijke als aan veiligheidscriteria voldoen!
...
Net zoals een roofdier in de natuur gaan daders alleen te werk en observeren zij hun prooi om diens kwetsbaarheid in te schatten. Hoe kun je vermijden dat je slachtoffer wordt? Wat zijn de kenmerken van iemand die wordt aangevallen?
...
Het concept van de fietsstraat is in 2012 in de wegcode opgenomen. Deze bijzondere inrichting vinden we in het hele land. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, om er maar één te noemen, had in 2021 al 11 km aan fietsstraten.
De invoering van het begrip fietsstraat ging gepaard met twee nieuwe verkeersborden, F111 (begin van de fietsstraat) en F113 (einde van de fietsstraat). Sinds 1 juli 2019 was het ook mogelijk om de verkeersborden F111 en F113 zonaal te laten gelden, en dus de regels van de fietsstraat uit te breiden naar meerdere straten tegelijk, zonder dat op elk kruispunt een verkeersbord F111 moet worden geplaatst.
Vanaf 1 april is de definitie van een fietsstraat beknopter en nauwkeuriger geworden. Ten eerste is de verwijzing naar een "fietsstraat" verwijderd, omdat deze voorwaarde onnauwkeurig en overbodig is: het is nu een "fietszone" en niet langer een "fietsstraat". Ten tweede bepaalt de wettelijke definitie dat het ook kan gaan om meerdere openbare wegen waarvan het begin en het einde door verkeersborden worden aangegeven; in dit geval is het niet nodig om het bord na elk kruispunt te herhalen. Ten slotte wordt niet langer vermeld dat motorvoertuigen op deze wegen mogen rijden. Deze verduidelijking is overbodig en vloeit voort uit de verkeersregels die van toepassing zijn op het fietspad waarnaar wordt verwezen in artikel 22novies van de Wegcode.
Begin (F111) en Einde (F113) van een fietszone. De vermelding "Fietszone" op het bord is facultatief.
Hoe gebruik je een fietszone?
Eerst en vooral moet je weten dat alle voertuigen in een fietszone mogen rijden. Het is immers geen fietspad of gereserveerde weg waar automobilisten of motorrijders worden geweerd. Anderzijds moeten bestuurders van motorvoertuigen in een fietszone twee extra regels in acht nemen: ze mogen geen fietsers inhalen en ze mogen ook niet sneller rijden dan 30 km/uur.
Om gemotoriseerde bestuurders te ontmoedigen toch fietsers in te halen mogen fietsers de volledige breedte van de weg gebruiken als deze alleen open is voor hun rijrichting en de helft van de breedte aan de rechterkant als deze open is voor beide rijrichtingen. Dit is dus een duidelijke uitzondering op de regel dat fietsers aan de rechterrand van de rijbaan moeten rijden.
In een fietszone hebben gebruikers van speed pedelecs en andere fietsmodellen dezelfde voordelen als fietsers. En dat geldt ook voor gebruikers van niet gemotoriseerde voortbewegingstoestellen als ze sneller rijden dan stapvoets, want ze worden dan gelijkgesteld met fietsers. De gebruikers van voortbewegingstoestellen worden op hun beurt gelijkgesteld met fietsers.
Waarom een fietszone aanleggen?
De grootste troef van een fietszone is het feit dat het fietsers en gelijkgestelde weggebruikers beschermt tegen gevaarlijk inhalen. Daarom zijn de bestaande fietszones in België over het algemeen smalle zijstraten waar niet genoeg ruimte is voor een apart fietspad, waardoor automobilisten bij het inhalen van de fietser niet genoeg plaats kunnen laten om dit veilig te doen. Brede, drukke lanen worden dus in principe niet omgevormd tot fietszones.
Daarom worden fietsers in fietszones uitgenodigd de hele breedte van de weg te benutten en niet krampachtig aan de rechterrand van de rijbaan te blijven. Zo zou aan gemotoriseerde gebruiker toch geneigd kunnen zijn hen in te halen en dus een overtreding begaan tegen de geest van de fietszone. Het is niet voor niets dat op het verkeersbord dat een fietszone aankondigt, de fietser in het midden voor de auto afgebeeld staat. Dit is een duidelijke boodschap aan zowel fietsers als automobilisten dat de veiligheid van de fietser belangrijker is dan de haast van de automobilist of motorrijder.
(1) Borden F111 en F113 met zonale geldigheid mogen blijven staan tot 1 januari 2032. De oude borden F111 en F113 met de woorden "Fietsstraat" mogen blijven staan om respectievelijk het begin en het einde van een fietszone aan te geven tot 1 januari 2035. Commissaris Olivier QUISQUATER Federale Wegpolitie